Het laatste spoor…
Kom schat, trek je jas maar aan
anders komen we nog te laat…
Woorden van “gewoon een moeder”
Van hoe het elke ochtend gaat
Schoentjes aan, jasje dicht,
en op naar weer een mooie dag
Want zo is het voor veel kinderen
Je leest het in hun ogen
en ziet het in hun glimlach
De dagelijkse route,
Naar school of naar het dagverblijf
Een tasje met een trommeltje
Gevuld met weer een maaltijd schijf
En onderweg staan bomen…
En ja, er wordt gezongen
Een zoete blije melodie
verlaat de jonge longen…
Zomaar op een donderdag
Onderweg naar weer een dag
Doven sterren zo abrupt
Verstomt opeens de schaterlach
Want onderweg staan bomen
Soms zijn deze bomen dicht
En tussen deze bomen
Beweegt de snelheid van het licht
Een leven en een schaterlach
Een onschuld wat de dag nog plukt
Een ster die straks nog stralen zou
Zomaar van ons weggerukt
De tranen zijn in overvloed
De wanhoop klinkt nog even door
De glimlach van een toekomst
Gestorven op het laatste spoor…
Er zijn geen rake woorden
Die recht doen aan dit groot verlies
Misschien dat ik nu voor heel even
Enkel voor de stilte kies
Dan blijf ik in gedachten
Stil staan bij dit groot gemis
Terwijl een traan verraden zal
Dat het leven… soms oneerlijk is
Niet van mij maar ozo mooi!